De Kathedraal van Malaga is sinds de zestiende eeuw het rooms-katholieke hart van Malaga. De Kathedraal van Málaga staat ook wel bekend als “La Manquita” en wordt als een van de prominentste historische monumenten in beschouwd. De Kathedraal van Málaga is een prachtig voorbeeld van de overgang tussen gotische en renaissancestijlen, met invloeden van barok die later in de bouw zijn geïntegreerd. De bouw begon in 1528, niet lang na de herovering van de stad door de katholieke koningen, en werd pas in de 18e eeuw gedeeltelijk afgerond. Deze mix van stijlen maakt van dit geloofsgebouw een indrukwekkend voorbeeld van architectonische evolutie door de eeuwen heen.
De kathedraal is gebouwd op de plaats van een voormalige moskee. Dat is typerend voor veel Spaanse kathedralen uit die tijd. De eerste fundamenten en de basis van de structuur bevatten nog gotische elementen. Het grootste deel van de kathedraal toont echter de Renaissance-invloeden, met name de façade en het interieur. De indrukwekkende gevel toont klassieke renaissancistische bogen en decoratieve elementen die een gevoel van harmonie en grootsheid uitstralen. Het grootste deel van de kathedraal toont echter de Renaissance-invloeden, met name de façade en het interieur. De indrukwekkende gevel toont klassieke renaissancistische bogen en decoratieve elementen die een gevoel van harmonie en grootsheid uitstralen.
De drie schepen van de kathedraal zijn allemaal even hoog (net geen 42 meter), maar hebben verschillende breedtes. Een bijzonder architectonisch kenmerk is de specifieke combinatie van kruisvormige pilaren met Korinthische zuilen om stabiliteit te bieden. De toren aan de noordkant van de kathedraal is 87 meter hoog en heeft dezelfde structuur als het hoofdgebouw, met 14 klokken in de arcade aan de bovenkant.